dinsdag 19 april 2011

Techniek:

Vanuit de blog van Natalie, onderdeel techniek in huis: ben ik voor mezelf ook gaan nadenken hoe ik met techniek bezig ben en dit met kinderen.
Het was voor mezelf ook een vaststelling dat ik weinig omga met techniek wat betreft kinderen, maar voor mezelf hier in huis wel wat kan.
Dus een werkpunt:
Hoe kan ik techniek aanbrengen met kinderen?

Ik zocht een moment uit dat de kinderen uit de familie hier waren. Het werd eenvoudig: ‘een spel kaarten en bierkaartjes’. Siemon en Yarno verveelden zich. Ik vertelde: toen ik klein was, had ik bijna geen speelgoed. Ik speelde vooral buiten en gebruikte mijn fantasie: een watervat werd mijn paard, het uiteinde van een vislijn = mijn microfoon,... We gingen zelden eens weg, en als we weg gingen, vonden we het altijd leuk om vliegers te maken, of kaartenhuisjes.

Aha, zei Yarno: heb jij dan kaarten of bierkaartjes. Ik vroeg hem wat hij ermee wilde doen: ja een kaartenhuisje maken. Ik dacht bij mezelf: waarom niet! Op mijn verzamelkamer zal ik dat wel ergens vinden. Ik bood de jongens dus bierkaarten en een kaartenspel aan.

Actieplan:
Samen met de 2 jongens kaartenhuisjes bouwen: materiaal: kaartenspel en bierkaarten.
Kijken naar hoe de jongens omgaan met techniek, handelingen, geduld, emoties.
Gradatie zoeken op wat we kunnen.
Variaties: bouwen met andere materialen
Werken met een plan?

De jongens zijn alvast geboeid bezig om enkele kaarten al recht zien te houden. Ze vertrekken van twee kaarten tegen elkaar zetten. Zo bouwen ze hun kaartenbouw op...
Na vele frustraties en omvallen kwamen ze tot een eenvoudige constructie. Ze beseften dat ze hun handen/vingers heel strak moesten houden om de kaarten tegen elkaar te zetten. Uiteindelijk hadden ze een eerste verdiep, een tweede verdiep... Ze bouwen naargelang hun eigen fantasie en op hun eigen tempo. Hier en daar lopen ze vast en dan probeer ik bij te springen. Ze leren ook voorzichtig zijn met het plaatsen van de kaarten want o wee als je plotseling tegen een kaart duwt, dan valt het om, met vaak teleurstelling en gejammer.

Siemon is net 7 geworden, Yarno 8, maar qua niveau liggen ze heel kort bij elkaar. Het materiaal zoals blokken bekijken ze praktisch niet meer. Toch wil ik hun proberen te stimuleren om wat technisch , motorisch te laten handelen. Hun vervelen klonk me niet lekker in de oren. Zoveel materiaal, maar materiaal waarop ze uitgekeken zijn. Ik gaf hun wat tips met hun bouwblokken, jullie kunnen elkaar nabouwen, of eens kijken op internet, ... Maar nu gingen ze spontaan verder met de bouw van hun kaartenhuisjes.

Huisjes laten bouwen met kaarten, bierkaarten, ... zou ik zelfs in de 3de kleuterklas aanbieden. Het is ander materiaal, maar materiaal waarmee ze ook weer leren. Leren rustig te zijn, geconcentreerd te zijn, eigen huisjes en muren bouwen, bouwen volgens een plan, omgaan met wauw en pech, zoveel mogelijkheden.

Mijn leerresultaat:
- Je kan met meer bouwen dan enkel met blokken: kosteloze materialen, kaartenspel, ...
- Elke bouwtechniek is anders, het vergt concentratie en geduld.
- Bouwen kan je aanpassen aan het niveau van het kind (variatie/gradatie)
- Soms is stimulering nodig. Een persoon die een tip geeft, internet: opzoeken van een plan, een boek,...
- Je bouw een lat hoger willen leggen, concreet evalueren en aanpassen.
- Soms ervaren dat als je huisje ineenstort, en weer opnieuw beginnen: dit is niet altijd gemakkelijk voor een kind (reactie: zeeeeeggg, ik doe niet meer, stomme kaarten)
- Techniek gaat echt wel om volhouden, aanpassen, opnieuw beginnen, niet opgeven, grommen, blij zijn....


Leerplandoelen:
6.11 Kinderen kunnen zeggen aan welke eisen een bestaande constructie en een constructie die ze zelf willen maken moet voldoen, dit houdt in dat ze o.a. kunnen zeggen dat een eerste verdiep bij de kaarten stevig moet zijn om er een volgend verdiep op te bouwen.
6.13 Kinderen kunnen een constructieactiviteit of een bereiding correct uitvoeren, ze kunnen een eenvoudig visueel voorgesteld plan zelfstandig uitvoeren.
6.15 Kinderen kijken kritisch naar een zelfgemaakt product of bereiding, ze kunnen voor zichzelf controleren of een zelfgemaakt product voldoet aan de zelf vooropgestelde eisen, verbeteringen aanbrengen aan een product na evaluatie.

Hoe kinderen zichzelf kunnen terugvinden:

Miguel en Elien zijn sinds 4 oktober 2010 hun papa kwijt. Iedere keer dat ik deze kinderen zie, merk ik dat ze zichzelf niet zijn. Elien is het petekindje van mijn vriend. Vanuit mijn opleiding als leerkracht, maar vooral voor mezelf wil ik zo graag een manier vinden dat deze kinderen weer kunnen genieten. Ik merk aan hun reacties dat ze vaak hun papa missen, dat ze erover willen vertellen. Miguel is vaak iemand die zegt: ik kan dat niet. Hij laat dan zijn hoofdje hangen. Ik wil graag proberen hun van zichzelf laten genieten, van hun kunnen, dat ze ergens wat kunnen verzamelen waardoor ze merken: Aha, dit ben ik! Dit kan ik! Dit is van mij!

Mijn leerwens:
Een manier zoeken om Elien en Miguel (2 kleuters van 4 en 6) weer goed te laten voelen nadat papa gestorven is. Maar rekening houdend dat er later in mijn klas ook nog kinderen kunnen zijn die zich emotioneel niet zo goed voelen.

Actie:
Een gesprek voeren met een zorgleerkracht op school.
Via informatie van deze zorgleerkracht kijken naar: tv.klasse > reeksen > Proeftuin > Trots zijn doet geen zeer

Ik begin dit filmpje te kijken:
Wat zie ik:
Een eigen doos! Hierin zitten dingen die van zichzelf zijn en waarover zij kunnen en willen praten.

Redenering in mijn hoofd:
Dit is zeker en vast een middel dat ik kan uitproberen.

Actie:
Kim en ik halen de kinderen, we zorgen voor een leuke namiddag: we gaan naar een speeltuin, eten een pannenkoek en gaan weer naar huis. In de auto wordt er ook over papa gesproken. Mijn papa is in de hemel. Die kan niet meer met ons spelen. Dat is niet eerlijk. Je kan dan wel voorstellen hoe pijnlijk dit is. Maar anderzijds kunnen we hun op dit moment ook wel warm krijgen om iets voor papa te maken. De kinderen willen graag tekenen, ze tekenen hun beleving van de dag. Trots zegt Elien, die is voor mijn papa. Maar ik kan de tekening niet geven! En nu, Ann? Ja en nu... Vanuit het gesprek met de zorgleerkracht en hetgeen ik zag op TV klasse dacht ik, misschien kunnen we ook nog een verzameldoos maken. Hierin steken we alles waarover we fier zijn. Of wat een speciale betekenis heeft. En dit zo gezegd, zo gedaan. De dozen werden versierd en hierin legden beide kinderen hun tekening.

Ik gaf hun mee dat dit misschien wel hun schatkist kon worden, of hun doos waarin ze alles kunnen steken waar ze fier op zijn, wat gaat om gevoelens, dingen die ze aan papa willen geven...

Wanneer we de kinderen terug tot bij oma brachten, lieten ze deze doos meteen zien. Kijk oma, we hebben bij Ann die doos gemaakt. Mijn schatkist! Er zit een tekening in voor papa,.... Ik merkte dat deze doos toch wat resultaat had. Misschien is dit een manier om hun verdriet wat weg te werken, of hun ‘eigen kunnen’ in te verzamelen. Ik kon aan Elien merken dat ze hier fier op was om Miguel zeker maar niet te vergeten want hij was er ook weg van. Ik moest even op mezelf denken toen ik 6 jaar was en zelf een juwelendoosje kreeg met een dansende ballerina....

Deze doos kan heel wat betekenis krijgen. De kinderen kunnen er van alles in verzamelen. Zo leren ze selecteren wat belangrijk is voor hun, er over praten, hun eigen kunnen waarderen, leren fier zijn op zichzelf, vergelijken: wat zit er in jou doos, dit zit in mijn...

Een doos kan veel betekenis brengen naar gevoelens (gevoelensdoos), of naar resultaat: dit kan ik al, dit is belangrijk voor mij... Een leerdoos.

Mijn leerresultaat:
- Een kind kan op zijn eigen manier dingen selecteren en bewaren naar gelang wat het voor hun betekent.
- Ze vertellen graag wat er inzit en tonen dit ook graag.
- Ook andere personen kunnen de inhoud van de doos bekijken en bewonderen.
- Wat bij Miguel en Elien me sterk opvalt is met wat ze bezig zijn (een tekening voor papa, of een boze tekening, een tekening van Miguel en Elien, Ann en Kim: dingen die voor hun belangrijk en betekenis hebben.
- Miguel en Elien vergelijken hun doos met elkaar, zo leren ze elkaar beter kennen maar ook zichzelf. Dit is ook goed om in de klas met de kleuters te doen.
- Zoals in het filmpje terug te zien is, je kan op allerlei manieren omgaan met zo’n doos, de kleuters de doos laten meenemen naar huis en er wat instoppen, maar ze evengoed een voorwerp/tekening.. mee nemen naar de klas en het is de klas vertellen.

Leerplandoelen:
Basisattitudes:
0.4 Kinderen leven waardengericht, dit betekent dat ze hun waarnemingen, ervaringen en handelingen toetsen aan waarden als genegenheid, goedheid, respect, eerlijkheid... maar ook dat hun verontwaardiging uiten telkens ze worden geconfronteerd met een infreuk op één of meer van die waarden.
0.8 Kinderen ontwikkelen tot autonome leerders, dit betekent dat ze zelf kunnen initiatief nemen, creatief zijn, dat ze zelf manieren zoeken om zich te uiten.

Mens en medemens:
4.1 Kinderen ontwikkelen een gedifferentieerd beeld van zichzelf, dat houdt in dat ze ervaren, vaststellen en uiten welke mogelijkheden en beperkingen zijzelf hebben, maar ook dat ze kunnen inschatten welke taken ze aankunnen en met welke taken ze moeilijkheden hebben.

4.2 Kinderen ontwikkelen vertrouwen in eigen mogelijkheden, dat betekent dat ze ook in zichzelf en in hun kunnen mogen geloven en dat ze in hun mogelijkheden verder ontwikkelen.

Mens en zingeving:
2.5 Kinderen zien in dat elke mens ‘iemand’ is, ‘iets betekent’ en op de een of andere wijze blijft voortleven in de herinnering van anderen, dat houdt in dat ze ervaren en uiten dat anderen de herinnering aan (overleden) personen levendig houden door gesprekken, afbeeldingen, koestering van hun materiële of geestelijke nalatenschap,... Ze ervaren, stellen vast en uiten dat de herinnering aan mensen levendig blijf door wat ze nalieten aan objecten, realisaties, ideeën,...

2.6 Kinderen worden zich bewust van hun eigen levensverhaal en van de samenhang ervan met andere levensverhalen, dat houdt in dat ze vragen en bedenkingen durven en kunnen uiten bij zowel zeer prettige als zeer pijnlijke momenten in hun leven of dat van anderen.

Expressie:
Kinderen houden rekening met verschillende schoonheidsaspecten als ze zelf iets maken of uitdrukken, dat betekent dat ze voor zichzelf nagaan met wat ze tewerk gaan en op welke wijze.